U02 - Barbara kapel
Op de “Kattekop” te Urmond werden eind jaren veertig 58 woningen gebouwd die aan de werknemers van de Staatsmijnen moesten worden verhuurd. Het waren deze medewerkers van de Staatsmijnen die daarna het initiatief namen om in deze buurt een kapel te bouwen. Omdat men voornemens was deze kapel over te dragen aan het kerkbestuur van de parochie H. Martinus werd aan dit kerkbestuur het verzoek gericht een stuk grond te kopen. Dit gebeurde na toestemming van mgr. A. Hanssen, bisschop-coadjutor van Roermond op 1 juni 1951. Het stuk grond is gelegen aan de Hoge Bergstraat.
De kapel is ontworpen door Eugene Quanjel en ze werd toegewijd aan de heilige Barbara, schutspatroon van de mijnwerkers. De kapel werd in 1952 gebouwd door de bewoners van deze wijk. De kapel is gebouwd met veldbrandstenen van de in de Tweede Wereldoorlog verwoeste oude pastorie. Het gebouw stelt een toren voor, waarvan de gevels aan de bovenkant eindigen in kantelen. De toegang bestaat uit een gotiekachtige spitsboog, waarin ijzeren hekjes zijn geplaatst. Het dak heeft een leisteen bedekking met daarop een kruis.
Aan de binnenkant vallen de oude rode plavuizenvloertegels op die afkomstig zijn uit een oude boerenkeuken uit Urmond. Het altaar is uit baksteen gemetseld en op de voorzijde kunnen we de letters H en B zien: deze duiden op de Heilige Barbara. Zij is in reliëf weergegeven op een geglazuurd altaarstuk uit keramiek. Barbara is centraal weergegeven met in de linkerhand een schachtbok ( model Staatsmijn Maurits) geflankeerd door een koeltoren en een kasteeltoren. Hieronder staan koppen van draken en bovendien een ondergrondse steenkoolpijler met mijnwerkers die bezig zijn met het delven van de kolen.
Door Eugene Quanjel zijn verder ook nog ontworpen : het siersmeedwerk, een hek, een monogram , een kruis en zelfs een kandelaar.
Deze kapel is in 1952 gereed gekomen en op tweede Paasdag ingezegend door Mgr. Lemmens, bisschop van Roermond en op diezelfde dag overgedragen aan het kerkbestuur. Bisschop Lemmens noemde deze kapel het “ bewijs van de edelmoedigheid van Urmond” .
Op 26 april 2002 werd de kapel door het kerkbestuur verkocht aan de U.M.S.
In 2008 moest de kapel aan de rand van de Maashelling plaats maken voor nieuwbouw-woningen. Het complete interieur verhuisde mee naar het nieuwe onderkomen op ongeveer 70 meter afstand. Hier verrees namelijk een exacte replica van dit karakteristieke bouwsel. Het geheel verplaatsen van de originele kapel zou een te dure en te delicate operatie worden.Deze verhuizing zou het kapelletje niet overleven. Vandaar dat in samenspraak tussen de woningstichting Urmond en de Urmondse Monumentenstichting gekozen werd voor deze aanpak. De nieuwe kapel ligt nu op een pleintje, ingebed tussen de nieuwe bebouwing van de Kattekop.
De legende van Barbara
Barbara leefde ongeveer 1700 jaar geleden in Klein Azië onder de strenge regels van haar vader. Zij moest de heidense goden aanbidden, wat zij verzuimde uit te voeren. Daarom werd zij telkens wanneer hij op reis ging opgesloten in de toren van een kasteel, waardoor zij beschermd zou zijn tegen allerlei invloeden van buitenaf. Ze kwam toch in aanraking met het Christendom en liet ter ere van de heilige Drie-eenheid drie vensters in haar toren maken. Haar vader heeft dit ontdekt ze werd gevangen genomen, gemarteld en werd door haar eigen vader tenslotte onthoofd.( vermoedelijk in het jaar 306 na Christus) . Op dat moment trof een bliksemschicht Barbara’s vader en werd hij door God terechtgesteld.
Het naamfeest van de H. Barbara wordt gevierd op 4 december.
Bij beelden van de H. Barbara is vaak te zien, dat haar hand op een toren rust. Voor het venster van het middelste raam is een kelk met hostie te zien.